De Zaak Nu adviseert
kunstbeleid met
inzichten uit onderzoek.
Publicatie
De bedragen opgenomen in de huidige richtlijn gaan uit van de huidige indexatiesystematiek per 1-1-2024. Dat betekent een indexatie van 12,936% per 1‑1‑2024. Het wordt aangeraden om…
De bedragen opgenomen in de huidige richtlijn gaan uit van de huidige indexatiesystematiek per 1-1-2024. Dat betekent een indexatie van 12,936% per 1‑1‑2024.
Het wordt aangeraden om de indexatie per 1-1-2025 over te nemen van de te verwachte gemiddelde ontwikkeling van de cao-lonen in 2025 uit de Macro Economische Verkenning 2025 van het Centraal Planbureau. Deze wordt op Prinsjesdag 2024 gepubliceerd.
Op woensdag 15 november 2023 nam demissionair staatssecretaris van Cultuur en Media Gunay Uslu het rapport ‘ Fair Pay dichterbij. Meerkosten van Fair Pay in de culturele sector, 2022 ’ in ontvangst.…
Op woensdag 15 november 2023 nam demissionair staatssecretaris van Cultuur en Media Gunay Uslu het rapport ‘Fair Pay dichterbij. Meerkosten van Fair Pay in de culturele sector, 2022’ in ontvangst. Aan dit rapport in opdracht van Kunsten ’92 heeft bureau PPMC Economisch Advies het afgelopen halfjaar gewerkt. De overhandiging vond plaats tijdens het slot van de Algemene Ledenvergadering van Kunsten ’92, door Marianne Versteegh, voorzitter van de begeleidingscommissie van het onderzoek.
Het onderzoek dat er nu ligt maakt de meerkosten transparant bij meerjarig door het rijk en door de rijkscultuurfondsen gesubsidieerde instellingen. Ook is er voor het eerst naar de meerkosten van de door de Rijkscultuurfondsen projectmatig gesubsidieerde deelsectoren gekeken, zoals film, cultuurparticipatie en overig.
ACHTERGROND
Staatssecretaris Gunay Uslu heeft in haar Meerjarenbrief ‘De kracht van creativiteit’laten weten “extra middelen voor Fair Pay in te willen zetten waarbij het belangrijk is om eerst een goed beeld te hebben van de mate waarin beloning in bepaalde sectoren achterblijft.” In de Meerjarenbrief verwijst de staatssecretaris naar één van de onderzoeken die eerder op landelijke schaal is uitgevoerd naar de toepassing van de Fair Practice Code en in het bijzonder Fair Pay. Kunsten ’92 heeft daarom PPMC Economisch Advies gevraagd een landelijk vervolgonderzoek uit te voeren naar de minimale meerkosten van Fair Pay voor culturele instellingen met een meerjarige subsidie van het Rijk of de Rijkscultuurfondsen. Ook is onderzoek gedaan naar de minimale meerkosten voor projectsubsidies van de Rijkscultuurfondsen.
Al in 2017 werd door de SER en de Raad voor Cultuur aandacht gevraagd voor de noodzaak van versterking van de arbeidsmarkt in de culturele en creatieve sector in het Advies Passie gewaardeerd; de urgentie is alleen maar sterker geworden in de afgelopen jaren. De Commissie Regulering van Werk (Commissie-Borstlap) heeft de werking van de huidige arbeidsmarkt onderzocht, voor werk nu en in de toekomst, voor werkenden, bedrijven en de samenleving als geheel en de SER heeft een breed arbeidsmarktadvies uitgebracht. Sindsdien zijn er stappen gezet in de Arbeidsmarktagenda, en heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een wetgevingsprogramma opgestart gericht op onder meer betere betaling en meer bestaanszekerheid. Dit zijn ook centrale thema’s voor de Tweede Kamerverkiezingen.
Hoe past dit onderzoek binnen de Fair Practice Code? Fair Pay is één van de drie principes van de Fair Practice Code – naast Fair Share en Fair Chain – en in feite is het onderzoek een resultaat van de toepassing van de Fair Practice Code. De Fair Practice Code dient als leidraad voor een toekomstbestendige culturele en creatieve sector en gaat uit van de waarden solidariteit, diversiteit, vertrouwen, duurzaamheid en transparantie.
Het onderzoek Fair Pay dichterbij. Meerkosten van Fair Pay in de culturele sector, 2022 is er nu, met grote dank aan het grondige werk van de onderzoekers en aan de begeleidingscommissie om dit binnen een relatief kort tijdbestek voor elkaar te krijgen.
De herijkte Richtlijn Kunstenaarshonoraria is op 2 november overhandigd aan Irene Asscher, voorzitter Platform ACCT tijdens het event De weg naar fair pay . Deze werd aangeboden door…
De herijkte Richtlijn Kunstenaarshonoraria is op 2 november overhandigd aan Irene Asscher, voorzitter Platform ACCT tijdens het event De weg naar fair pay. Deze werd aangeboden door Marianne Versteegh, voorzitter van BKNL.
De oorspronkelijke richtlijn dateert uit 2017 en heeft in de loop der jaren een breed draagvlak in de beeldende kunstsector verworven. Mede met de steun van het ministerie van OCW heeft BKNL, waarvan De Zaak Nu penvoerder is, deze regeling herijkt. Dit is gedaan op grond van de evaluatie van de regeling door Berenschot en op verzoek van het veld.
Lees hier de herijkte versie van de Richtlijn Kunstenaarshonoraria.
In opdracht van De Zaak Nu, belangenvereniging voor presentatie- en postacademische instellingen voor beeldende kunst, heeft het onderzoeksbureau SiRM, Strategies in Regulated Markets een…
In opdracht van De Zaak Nu, belangenvereniging voor presentatie- en postacademische instellingen voor beeldende kunst, heeft het onderzoeksbureau SiRM, Strategies in Regulated Markets een evaluatieonderzoek gedaan naar het gebruik van de Richtlijn Functie- en Loongebouw voor presentatie-instellingen (hierna: Richtlijn) die in 2019 werd geïntroduceerd. Op basis van dit onderzoek is de Richtlijn op belangrijke punten geactualiseerd.
Belangrijke aanpassingen in de Richtlijn zijn onder meer:
• gebaseerd op het loon- en prijspeil 2023
• nadere beschrijving van de functieniveaus
• herijking van de minimale loonbedragen (met als referentiekader de cao Toneel en Dans)
• toevoeging van periodieken
• verdere uitwerking van arbeidsvoorwaarden voor werknemers
• opname van flexicurity met betrekking tot zzp’ers
• update van vrijwilligers- en stagevergoedingen.
Het bestuur van De Zaak Nu is de werkgroep die het evaluatieonderzoek heeft begeleid en daarmee het draagvlak voor de resultaten verbreed erg dankbaar voor al hun inspanningen. Zonder hen was deze geactualiseerde Richtlijn niet mogelijk. De werkgroep bestaat uit: Samira Ben Messaoud, (Nest, Den Haag), Klaartje Esch (Kunstpodium T, Tilburg), Ellen de Haan (Het Resort, Groningen), Nathalie Hartjes (onderzoek & advies, curator/schrijver en tevens bestuurslid De Zaak Nu), Josien Pieterse (Framer Framed, Amsterdam en tevens bestuurslid De Zaak Nu), Annemarie van Rheenen (Stichting Amersfoort in C, Amersfoort), Hans Schamlé (Stichting Het Hem, Zaandam), Astrid Schumacher(voorzitter Werkgroep, De Zaak Nu), Petra Smits (secretaris Werkgroep, De Zaak Nu), Annet Zondervan (CBK Zuidoost, Amsterdam).
De geactualiseerde Richtlijn is tot stand gekomen met bijdragen van het Ministerie OCW en Mondriaan Fonds.
In opdracht van De Zaak Nu, belangenvereniging voor presentatie- en postacademische instellingen voor beeldende kunst, heeft het onderzoeksbureau SiRM, Strategies in Regulated Markets een nader…
In opdracht van De Zaak Nu, belangenvereniging voor presentatie- en postacademische instellingen voor beeldende kunst, heeft het onderzoeksbureau SiRM, Strategies in Regulated Markets een nader evaluatie onderzoek gedaan naar het gebruik van de Richtlijn Functie- en Loongebouw voor presentatie-instellingen (hierna: Richtlijn) dat in 2019 werd geïntroduceerd. Op basis van dit onderzoek is de Richtlijn op belangrijke punten geactualiseerd.
Het evaluatieonderzoek is mede tot stand gekomen met bijdragen van het Ministerie OCW en Mondriaan Fonds.
Per 1 januari 2022 zijn de bedragen zoals opgenomen in de Richtlijn Functie- en Loongebouw geïndexeerd met 1,25% t.o.v. 2021.Dit is een lagere percentage dan in eerdere jaren, omdat de…
Per 1 januari 2022 zijn de bedragen zoals opgenomen in de Richtlijn Functie- en Loongebouw geïndexeerd met 1,25% t.o.v. 2021.Dit is een lagere percentage dan in eerdere jaren, omdat de cao-lonen (en daarmee ook het minimumloon) de afgelopen (corona)periode slechts beperkt zijn verhoogd.
De Zaak Nu heeft na overleg met diverse culturele partners en de Regionaal Projectleider Geweld hoort nergens thuis een Gedragscode en Protocol opgesteld. Dit document kan als basis…
De Zaak Nu heeft na overleg met diverse culturele partners en de Regionaal Projectleider Geweld hoort nergens thuis een Gedragscode en Protocol opgesteld.
Dit document kan als basis worden gebruikt om nader te bespreken in/met je team(s), bestuur en/of raad van toezicht.
Het is met name bedoeld als een levend document dat, net zoals andere codes en protocollen, regelmatig wordt geagendeerd en geactualiseerd.
Op 8 december 2021 startten de eerste trainingen Fair Care en Gespreksvoering. Tijdens de eerstkomende ALV in 2022 zullen wij enkele deelnemers uitnodigen om hun ervaring met jullie te delen. Bij interesse en voldoende animo zullen wij bekijken of een nieuwe training kan worden opgestart.
De richtlijn kunstenaarshonoraria is sinds 2017 een uniek initiatief van de beeldende kunstsector om te komen tot fair practice en een ‘nieuw normaal’ in de professionele contractpraktijk…
De richtlijn kunstenaarshonoraria is sinds 2017 een uniek initiatief van de beeldende kunstsector om te komen tot fair practice en een ‘nieuw normaal’ in de professionele contractpraktijk tussen instellingen en kunstenaars. BKNL(Beeldende Kunst Nederland) heeft onlangs onderzoeksbureau Berenschot gevraagd een tweeledig onderzoek uit te voeren naar de werking van de Honorariumrichtlijn (1) en naar het Experimenteerreglement (2).
Berenschot concludeert: de honorariumrichtlijn heeft zich in relatief korte tijd bewezen en wordt gezien als een nuttig instrument. Het ‘oude systeem’ waarbij kunstenaars vanzelfsprekend weinig of niet werden betaald, lijkt inmiddels een gepasseerd station. Hoewel de eenvoud van de richtlijn bij aanvang de kracht ervan werd genoemd, blijkt nu behoefte vanuit het veld deze meer te differentiëren. De rode draad in de verbeterpunten voor de richtlijn: er bestaat behoefte aan meer verfijning van de richtlijn. Zowel makers als instellingen hebben behoefte aan meer differentiatie tussen soorten kunstenaars, soorten kunstwerken en soorten situaties waarin het werk wordt getoond. Zo is de huidige richtlijn minder bruikbaar voor tentoonstellingen met meerdere kunstenaars en komen performancekunstenaars er meestal bekaaid van af.
Over de werkbaarheid en effectiviteit van de bijbehorende financiële compensatie middels het Experimenteerreglement van het Mondriaan Fonds is men positief. Wel zijn bijna alle geïnterviewden van mening dat het volgen van de richtlijn moeilijk zal worden als deze financiële compensatie wegvalt.
Eelco van der Lingen, directeur Mondriaan Fonds: “Heel goed dat BKNL de werking van de richtlijn in kaart liet brengen naast de compensatieregeling van het fonds. De richtlijn en regeling blijven een geweldige combinatie om de zelfstandige positie van kunstenaars te versterken. Laten we nu snel aan de slag gaan met de aanbevelingen van Berenschot en een nieuwe, meer flexibele richtlijn ontwikkelen die nog beter aansluit bij de tentoonstellingswensen van dit moment.”
BKNL is blij met de resultaten van het onderzoek maar benadrukt dat ook na 2021 extra budget beschikbaar moet komen om duurzame toepassing van de richtlijn te garanderen. Het Mondriaan Fonds ontving tot nu toe een jaarlijks bedrag van het ministerie van OCW waarmee kunstinstellingen kunstenaars naar behoren konden betalen voor tentoonstellingen. Na 2021 moeten alle kunstinstellingen zelf uit hun reguliere budgetten de honoraria betalen. Gezien de impact van de coronacrisis voor kunstinstellingen en voor kunstenaars lijkt dat nu onverstandig. Het ligt meer voor de hand om de compensatieregeling af te bouwen als de financiële omstandigheden in de cultuursector meer zijn genormaliseerd.
Bij BKNL (Beeldende Kunst Nederland) zijn aangesloten: Platform BK, Kunstenbond, Kunsten ‘92, Beroepsvereniging van Beeldende Kunstenaars (BBK), Nederlandse Galerie Associatie (NGA), de belangenvereniging voor presentatie-instellingen De Zaak Nu, de Museumvereniging, het Overleg Beeldende Kunstacademies (OBK), BOK (Beroeps Organisatie Kunstenaars) en de Vereniging Kunstbeurzen. Het Mondriaan Fonds faciliteert de bijeenkomsten.
[1] Achtergrond Honorariumrichtlijn
De richtlijn werd 1 januari 2017 gepresenteerd. De richtlijn is een handreiking aan zowel kunstenaars als instellingen en musea. Iedereen die werkzaam is binnen de beeldende kunst, als kunstenaar, instelling, opdrachtgever of als deelvertegenwoordiger van de sector, kan gebruik maken van het rekenmodel en de checklist die onderdeel uitmaken van de richtlijn. Met de richtlijn beoogde BKNL te komen tot een professionelere contract- en onderhandelingspraktijk bij tentoonstellingen zonder verkoopdoel. kunstenaarshonorarium.nl
[2] Achtergrond Experimenteerreglement
Mondriaan Fonds riep in 2017 een tijdelijke regeling in het leven om de toepassing van de richtlijn gedurende vier jaar te bevorderen: het Experimenteerreglement Kunstenaarshonorarium. Beeldende kunstinstellingen die de richtlijn toepassen kunnen op basis van de regeling voor honoraria aan kunstenaars een gedeeltelijke compensatie aanvragen. In 2017 en 2018 stelde de minister van OCW aan het fonds een bedrag van € 600.000 euro beschikbaar om instellingen te compenseren bij toepassing van de richtlijn. In 2019 en 2020 bedroeg dit jaarlijks € 690.000. Hier ook nog iets over de corona compensatie?
In dit document zijn de bedragen van het Functie- en Loongebouw aangepast n.a.v. de indexatie per 1 januari 2021. De Richtlijn Functie-en Loongebouw kan als richtlijn worden gebruikt…
In dit document zijn de bedragen van het Functie- en Loongebouw aangepast n.a.v. de indexatie per 1 januari 2021.
De Richtlijn Functie-en Loongebouw kan als richtlijn worden gebruikt door Nederlandse presentatie- en postacademische instellingen en voldoet aan de kernwaarden van de Fair Practice Code Cultuur.
Welke gegevens zijn beschikbaar over presentatie-instellingen en kunstmusea? En welke cijfers zijn bekend over beeldend kunstenaars, hun werk en inkomen? Beeldende Kunst Nederland (BKNL) heeft…
Welke gegevens zijn beschikbaar over presentatie-instellingen en kunstmusea? En welke cijfers zijn bekend over beeldend kunstenaars, hun werk en inkomen? Beeldende Kunst Nederland (BKNL) heeft opnieuw in beeld laten brengen wat beschikbaar is aan cijfers en gegevens over de beeldende kunstsector in Nederland. De Collectieve Selfie 4 bundelt alle beschikbare gegevens over onder meer beeldend kunstenaars, moderne kunstmusea, presentatie-instellingen, galeries en festivals. Deze verzameling van gegevens moet bijdragen aan gefundeerde analyses van het veld.
Net als bij de eerdere edities heeft BKNL aan twee onderzoekbureaus gevraagd alle beschikbare informatie te verzamelen en zo mogelijk te duiden. Onderzoekers Henk Vinken en Hans Mariën hebben een uitgebreide analyse gemaakt van de beschikbare cijfers over beeldend kunstenaars, waarbij de inkomenspositie een belangrijk thema was. Onderzoeksbureau Berenschot heeft in de vorm van infographics de beschikbare data op het gebied van kunstenaars, instellingen, galeries en festivals in beeld gebracht. De informatie die in deze Selfie is gebundeld, komt uit verschillende cijferverzamelingen, van het Centraal Bureau voor Statistiek tot de festivalatlas.
De vierde editie van de Selfie verschijnt in digitale vorm en is een initiatief van BKNL.
De Zaak Nu heeft met ondersteuning van het Ministerie van OCW en het Mondriaan Fonds onderzoek laten uitvoeren. Het belangrijkste resultaat van dit onderzoek is dat voor de beeldende kunstsector voor…
De Zaak Nu heeft met ondersteuning van het Ministerie van OCW en het Mondriaan Fonds onderzoek laten uitvoeren. Het belangrijkste resultaat van dit onderzoek is dat voor de beeldende kunstsector voor het eerst een Functie-en Loongebouw is beschreven. Deze kan als richtlijn worden gebruikt door Nederlandse presentatie- en postacademische instellingen en voldoet aan de kernwaarden van de Fair Practice Code Cultuur.
Het aantal musea en instellingen dat kunstenaars honoreert is in een jaar tijd verdubbeld. Dat blijkt uit onderzoek dat BKNL liet uitvoeren door Totta Research naar het effect van de…
Het aantal musea en instellingen dat kunstenaars honoreert is in een jaar tijd verdubbeld. Dat blijkt uit onderzoek dat BKNL liet uitvoeren door Totta Research naar het effect van de richtlijn kunstenaarshonoraria onder musea en presentatie-instellingen en beeldend kunstenaars in Nederland. De uitkomsten laten zien dat de richtlijn al na het eerste jaar na de introductie aanslaat en het doel van een betere onderhandelingspraktijk wordt bereikt. Een stimuleringsregeling van het Mondriaan Fonds blijkt hierbij cruciaal.
Welke gegevens zijn beschikbaar over beeldende kunstmusea? Hoeveel presentatie-instellingen zijn er in Nederland? Langs welke kanalen verkoopt een kunstenaar zijn werk? Om antwoord te krijgen op…
Welke gegevens zijn beschikbaar over beeldende kunstmusea? Hoeveel presentatie-instellingen zijn er in Nederland? Langs welke kanalen verkoopt een kunstenaar zijn werk?
Om antwoord te krijgen op dit soort vragen, en zicht op de vragen die nog openstaan, heeft BKNL het initiatief genomen alle beschikbare gegevens over de beeldende kunstsector in Nederland te bundelen in een publicatie.
Kunstenaarshonoraria zijn zowel voor kunstenaars als kunstinstellingen vaak sluitpost op de begroting. In vervolg op het inventariserend onderzoek kunstenaarshonoraria in Nederland (Ape…
Kunstenaarshonoraria zijn zowel voor kunstenaars als kunstinstellingen vaak sluitpost op de begroting. In vervolg op het inventariserend onderzoek kunstenaarshonoraria in Nederland (Ape 2014) hebben de onderzoeksbureaus SiRM en PPMC het contractproces tussen kunstenaars en kunstinstellingen bij zeven tentoonstellingen geanalyseerd om ‘best practices’ te onderkennen en aanbevelingen te kunnen doen aan kunstenaars, musea en presentatie-instellingen.
Het onderzoek is op verzoek van het veld zelf verricht in opdracht van Beeldende Kunst Nederland (BKNL). De belangrijkste conclusie is dat zowel musea en presentatie-instellingen als beeldend kunstenaars bereid zijn tot betere afspraken en onderlinge afstemming over honorering te komen. Alle partijen hebben behoefte aan een richtlijn om de contractpraktijk te professionaliseren.
Om zicht te krijgen op de praktijk van kunstenaarshonoraria in Nederland is in opdracht van Beeldende Kunst Nederland (BKNL) onderzoek gedaan onder kunstinstellingen (musea en…
Om zicht te krijgen op de praktijk van kunstenaarshonoraria in Nederland is in opdracht van Beeldende Kunst Nederland (BKNL) onderzoek gedaan onder kunstinstellingen (musea en presentatie-instellingen) en beeldend kunstenaars naar honoraria voor kunstenaars bij tentoonstellingen zonder verkoopdoel. Daarmee is een eerste informatieve inventarisatie van de Nederlandse praktijk verkregen. Onder honorarium wordt verstaan: vergoeding voor werk ten behoeve van een tentoonstelling, los van een (on)kostenvergoeding. Het onderzoek is uitgevoerd door bureau APE op basis van interviews onder musea, presentatie-instellingen en beeldend kunstenaars en een web-enquête onder kunstenaars.
Behalve een inventarisatie van de Nederlandse praktijk schetst het rapport een historisch perspectief en geeft het een beeld van modellen uit het buitenland voor honorering en vergoeding van kunstenaars.
Beeldende Kunst Nederland (BKNL) is een informeel overleg van organisaties die opkomen voor het belang van beeldend kunstenaars, musea, presentatie-instellingen en galeries in Nederland. BKNL agendeert urgente vraagstukken en onderwerpen die spelen binnen de beeldende kunst. Bij BKNL zijn de volgende organisaties aangesloten: Platform BK, Museumvereniging, FNV Kiem, Kunsten ‘92, de Beroepsvereniging van Beeldend Kunstenaars (BBK), de Nederlandse Galerie Associatie (NGA) en de belangenvereniging voor presentatie-instellingen De Zaak Nu. Het Mondriaan Fonds faciliteert de bijeenkomsten.
Voor De Zaak Nu onderzochten aemuse, Rebel en APE de toegevoegde waarde van presentatie- instellingen in Nederland, op artistiek en maatschappelijk vlak. Ook zochten wij naar mogelijkheden voor het…
Voor De Zaak Nu onderzochten aemuse, Rebel en APE de toegevoegde waarde van presentatie- instellingen in Nederland, op artistiek en maatschappelijk vlak. Ook zochten wij naar mogelijkheden voor het inzichtelijk maken van deze waarden voor zowel presentatie-instellingen zelf als andere stakeholders. De focus van dit onderzoek is juist nu relevant in een tijd waar veel gekort wordt op (financiële) steun voor kunst en cultuur, zeker ook voor presentatie-instellingen. Om dit laatste goed in beeld te krijgen, is in het kader van het onderzoek tevens geanalyseerd hoe de instellingen er op financieel vlak voor staan.
Meer inzicht in en handvatten voor het inzichtelijk maken van de toegevoegde waarde van deze sector is onontbeerlijk. Na het voeren van verscheidene gesprekken binnen het veld van presentatie-instellingen en het afnemen van een online enquête komen wij tot de volgende toegevoegde waarde(n): Onderzoek & Ontwikkeling, Platform & Presentatie en (Inter)nationaal Netwerk. Deze waarden of functies staan continu in relatie tot elkaar, de een kan niet zonder de ander. In de verdere notitie vindt u een uitgebreide analyse van de uitkomsten en een korte verantwoording over ons onderzoek.
Staatssecretaris Halbe Zijlstra schreef in de zomer van 2011 in zijn beleidsnota Meer dan kwaliteit : “Het kabinet wil dat culturele instellingen en kunstenaars ondernemender worden en een…
Staatssecretaris Halbe Zijlstra schreef in de zomer van 2011 in zijn beleidsnota Meer dan kwaliteit: “Het kabinet wil dat culturele instellingen en kunstenaars ondernemender worden en een groter deel van hun inkomsten zelf verwerven. Culturele instellingen moeten minder afhankelijk worden van de overheid en daardoor flexibeler en krachtiger worden. Daarom bezuinigt het kabinet op cultuur.”
Het kabinet Rutte I presenteerde de bezuinigingen van 2013 als een kans voor de cultuursector, als een duwtje in de rug om ondernemender te zijn en meer geld uit de markt te halen. Onder dat duwtje lag een aantal aannames: het aanbod sluit niet aan op de vraag; de markt kan het beter; het afrekenen van instellingen moet objectief gebeuren; veld, markt en fondsen kunnen prima jong talent ontwikkelen. In deze publicatie wordt een poging gewaagd, nu het nieuwe stelsel anderhalf jaar op weg is, om te analyseren wat de uitkomsten zijn van deze aannames. Door Robbert van Heuven, Sandra Jongenelen, Sara van der Kooi en Simon van den Berg in opdracht van Kunsten \' 92.
Een multidisciplinaire ploeg van sociologen, economen en psychologen, verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen, ging de uitdaging van een onderzoek met als thema ‘Wat is de waarde van cultuur?’.…
Een multidisciplinaire ploeg van sociologen, economen en psychologen, verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen, ging de uitdaging van een onderzoek met als thema ‘Wat is de waarde van cultuur?’. Een makkelijke vraag, maar niet gemakkelijk te beantwoorden. De begrippen waarde en cultuur hebben immers zoveel betekenis dat ze er tegelijk geen meer hebben en voor interpretatie vatbaar zijn.
Het onderzoek bestond uit vier delen: een exploratie van de kernvraag met een afbakening van centrale begrippen zoals kunst, cultuur, creativiteit... en begrippen zoals waarden, impact, effecten, kapitaal..., een inventarisatie van maatschappelijke vooronderstellingen en empirisch gemeten waarden, een cultuurpolitiek interpretatiekader en een overzicht van waardevolle onderzoeken en casestudies, telkens met een korte beschrijving. De onderzoekers hebben daarbij oog voor zowel het ‘meetbare’ als het ‘onmeetbare’ en staan uitgebreid stil bij cultuur als de maatschappelijke bouwsteen die als geen ander zin kan geven aan een mensenleven.
Ondanks de bezuinigingen op de cultuur blijven veel kleine beeldende kunst-instellingen in Nederland optimistisch. Zestien stopten, maar daarvan proberen vijf een doorstart te maken. Zeker vijftig…
Ondanks de bezuinigingen op de cultuur blijven veel kleine beeldende kunst-instellingen in Nederland optimistisch. Zestien stopten, maar daarvan proberen vijf een doorstart te maken. Zeker vijftig instellingen zijn hoopvol over hun toekomst. Dit blijkt uit een onderzoek van NRC Handelsblad onder 84 zogenoemde presentatie-instellingen zoals expositieruimtes, kunstuitlenen en kunstenaars-initiatieven en ateliers, zoals De Appel in Amsterdam, Stroom in Den Haag of Witte de With in Rotterdam. Het is een categorie die valt tussen de musea (met een eigen collectie) en de galeries (die kunst verkopen) in. Ze vormen een schakel tussen vernieuwende kunstenaars en het publiek. 59 instellingen deden uiteindelijk mee aan het NRC onderzoek.
Als vervolg op het eerdere beleidsonderzoek, uitgevoerd door de DSP-groep, heeft De Zaak Nu een onderzoek ingesteld dat zich richt op de ontwikkeling van strategieën die de Nederlandse…
Als vervolg op het eerdere beleidsonderzoek, uitgevoerd door de DSP-groep, heeft De Zaak Nu een onderzoek ingesteld dat zich richt op de ontwikkeling van strategieën die de Nederlandse presentatie-instelling in staat moeten stellen om op de politieke en economische verschuivingen van de laatste jaren reageren.
Voor het verzamelen van strategieën was het essentieel om niet alleen naar Nederland te kijken, maar ook naar de situatie in de omringende landen, in dit geval België, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. Sociaal-cultureel en economisch vergelijkbaar met Nederland en met een duidelijke traditie van structurele overheidssteun aan de kunsten, hebben deze landen eveneens te kampen met financiële tekorten en moeten kunstinstellingen doorgaans creatieve manieren bedenken om inkomsten te verwerven.
De Zaak Nu heeft de rol en het belang van presentatie-instellingen voor actuele kunst in kaart laten brengen op basis van harde cijfers en interviews met stakeholders van binnen en buiten de sector.…
De Zaak Nu heeft de rol en het belang van presentatie-instellingen voor actuele kunst in kaart laten brengen op basis van harde cijfers en interviews met stakeholders van binnen en buiten de sector. Presentatie-instellingen zijn niet gericht op verzamelen of verkopen van kunst, maar concentreren zich voornamelijk op de productie en presentatie ervan. Middels een grootscheeps onderzoek, uitgevoerd door DSP-groep, is de sector zowel kwantitatief als kwalitatief onderzocht en van een eerste evaluatie voorzien. Dit vanuit de ambitie om voorbij de waan van de dag concreet inzicht te bieden in het functioneren en het belang van deze instellingen voor beeldende kunst.
This report was generated by a day-long symposium and open meeting with different representatives of the small-scale arts organisations in the UK. The report puts forward new…
This report was generated by a day-long symposium and open meeting with different representatives of the small-scale arts organisations in the UK. The report puts forward new possibilities for assessing benefits and attracting funding in a changing art landscape. Comparing evaluations of merit in the art world with those in different sectors – notably that of development and psychology – it considers different ways of measuring the artistic contributions of small organisations beyond footfall and econometric indices, the current preferred methods of public funding bodies, and attempts to outline how cultural ‘value’ has been conceived. In more practical terms it also discusses how organisations might deal with the decreasing levels of public subsidy and worsening economic conditions of the UK, and looks at how they might develop funding from private sources and new partnership schemes.
This paper seeks to articulate the value of the small-scale visual arts sector within the wider arts ecology. The paper explores the significance potential small-scale organisations have in the…
This paper seeks to articulate the value of the small-scale visual arts sector within the wider arts ecology. The paper explores the significance potential small-scale organisations have in the present cultural landscape and economy, also detailing the operational and investment challenges they face in realising this. Finally, it advocates a reconsideration of present assessment and investment practices. Size Matters was published in July 2011 and will be presented in a variety of forums to stimulate discussion around its core questions – whose urgency has increased in recent months.